Vraag: Wat denkt u dat de beste houding is voor een atleet tijdens trainingen en tijdens wedstrijden?
Sri Chinmoy: De atleet zou tijdens zijn training moeten voelen dat hij zichzelf voorbereidt om een schitterende bloem te worden. Vervolgens, tijdens de wedstrijd, moet hij voelen dat hij die schitterende bloem is geworden en nu klaar is om zichzelf aan de Voeten van zijn hoogste Heer te plaatsen. Maar ik spreek in dit verband over de spirituele atleet. Als de atleet geen spirituele zoeker is, dan moet hij voelen dat er voor alles in het leven een speciale dag is. Om deze speciale dag te vieren moeten we onszelf lange tijd voorbereiden. Het is net als met een eindexamen. Tijdens het eindexamen zien we het resultaat van onze voorbereiding. Een atleet kan zijn focus, zijn bereidheid en zijn enthousiasme niet het hele jaar door op hetzelfde niveau houden. Op die bepaalde dag, de dag van de wedstrijd, moet hij alle goede kwaliteiten behouden die nodig zijn om de hele wereld te bewijzen dat hij een uitstekende atleet is.
Vraag: Hoe kunnen we enthousiasme en frisheid in onze training houden en er voor zorgen dat het niet langdradig en saai wordt?
Sri Chinmoy: We kunnen voorkomen dat trainen langdradig en saai wordt als we onthouden dat hardlopen niets minder is dan een nieuwe bloeiende bloem die we elke dag aan de Voeten van onze Geliefde Supreme plaatsen. We moeten voelen dat deze nieuwe uitgekomen bloem het dagelijks ontwaken van onze ziel is, een opofferende realiteit die we elke dag aan onze Geliefde Supreme aanbieden. Als we deze ervaring vast kunnen houden tijdens het hardlopen, dan zullen we onze training nooit langdradig of saai vinden.
Een andere manier om frisheid en enthousiasme in onze trainingen te houden is om een betekenisvol en vruchtbaar doel voor ogen te houden. Als we dit betekenisvolle en vruchtbare doel voor ogen houden, dan komen enthousiasme en frisheid vanzelf. Als we het doel waarderen, dan zal het doel zelf ons enthousiasme en frisheid geven. We zijn ons nog niet bewust van het oprechte verlangen van ons doel om ons te helpen het te bereiken.
De moeder zal op een bepaald punt staan te wachten tot het kind naar haar toe komt kruipen of rennen. Maar de moeder staat niet alleen maar passief te wachten en te observeren. Ze verlangt er ook enorm naar dat het kind haar bereikt. Als de moeder ziet dat het kind het probeert maar er niet in slaagt, zal ze naar het kind toe komen rennen. Als we het doel waarderen en voelen dat het doel iets waardevols is, als we voelen dat het ons onbegrensde dingen te bieden heeft, dan zal het doel ons natuurlijk inwendig helpen. Het doel wil ons niet altijd het gevoel geven dat het ver van ons verwijderd is, het wil dat we het bereiken.
Vraag: Soms heb ik zin om te gaan hardlopen, maar iets van binnen houdt me tegen. Het is alsof er een innerlijke strijd gaande is. Als ik dan wel ga hardlopen, voel ik me heel gelukkig.
Sri Chinmoy: We zijn samengesteld uit het lichaam, het vitale, de geest, het hart en de ziel. Deze delen zijn leden van dezelfde familie. Ze behoren samen te gaan. De oudste broer is de ziel. Daarna komt het hart, dan de geest, dan het vitale (de levenskracht), dan het lichaam. Als ze op één lijn staan, achter elkaar, dan kan de ziel ze trekken – zoals een touw. Als ze op deze manier staan opgesteld is het heel makkelijk voor de ziel om ze voort te trekken. Helaas is dit niet het geval. De ziel gaat als eerste, maar het hart volgt niet. De ziel rent vervolgens met de grootst mogelijke moeite om er achter te komen waar het hart zich verstopt. In de tussentijd komt de geest in opstand en zegt: “Nee, ik ga niet achter je staan.” Dan wordt het vitale weerbarstig. Het zegt: “Nee, ik ga helemaal niet!”
Wat kan het lichaam beginnen? Het arme lichaam wil gaan, maar het krijgt geen inspiratie omdat het vitale en de geest het niet ondersteunen. Het lichaam wil met de ziel mee, zodat het uiterlijke hardlopen gelijk op kan gaan met het innerlijke hardlopen. Maar het lichaam ziet dat de geest niet wil gaan, dat het vitale niet wil gaan en dat het hart niet wil gaan. Dan begint het lichaam te twijfelen of het wel het juiste aan het doen is. Het lichaam zegt: “Als ik het juiste doe door de ziel te volgen, hoe komt het dan dat het hart en de geest, mijn oudere broers, het niet doen? Misschien doe ik niet het goede. Misschien vertelt de ziel me niet wat goed is.”
Als de ziel zegt dat het wil bidden en mediteren, zal het heel makkelijk zijn voor het lichaam om te geloven. Dat komt omdat zodra we ‘ziel’ zeggen, we meteen aan God denken. We denken dat binnen de ziel God is of dat binnen God de ziel is, de ziel en God gaan samen. God heeft de boodschap van het innerlijke en uiterlijke hardlopen aan de ziel gegeven. Nu probeert de ziel om de jongere leden – het hart, de geest, het vitale en het lichaam mee te krijgen. Maar als het hart, de geest en het vitale niet met de ziel meedoen, ontstaat er argwaan in het fysieke bewustzijn.
Vroeg in de ochtend zegt het hart eerst: “Waarom naar buiten gaan om hard te lopen? Het is tijd om te bidden en te mediteren.” Dan, na een paar minuten, heeft ditzelfde hart geen energie meer over om te bidden en te mediteren. Het zal zeggen: “Laat me weer gaan slapen.” De geest is dan zo’n schurk. Altijd als het hart het niet eens is met de ziel, luistert de geest naar het hart en ondersteunt het het hart volledig. Wanneer dit soort verdeeldheid begint, is het extreem moeilijk voor het lichaam om iets hier op aarde op het fysieke vlak te bereiken.
Vraag: Hoe kan ik sneller rennen? Ik vind het zo oninspirerend om langzaam te lopen.
Sri Chinmoy: Voor een groot gedeelte begint snelheid in het hardlopen in de geest. Je moet meer verbeeldingskracht ontwikkelen. Beeld je in dat je snel aan het hardlopen bent en waardeer je snelheid. Laat dan het enthousiasme en de vreugde die je krijgt van je verbeeldingskracht je overspoelen. Deze vreugde zal je snelheid vergroten. Je kunt ook denken aan sommige mensen die echt snel kunnen lopen en proberen om je met hen te identificeren.
In jouw geval hoef je niet heel ver te zoeken. Je echtgenoot rent veel sneller dan jij. Je hebt hem heel vaak snel zien lopen, dus kun je jouw benen met de zijne identificeren.
Dit is allemaal gebaseerd op verbeeldingskracht. Natuurlijk kan je heel wat oefeningen doen om je snelheid te vergroten. Warmlopen en rekoefeningen zullen een beetje helpen. Maar de verbeeldingskracht speelt een grote rol bij het vergroten van je snelheid.
Vraag: Sommige dagen ren ik veel beter en sneller dan andere dagen. Hoe kan ik opgewekt blijven over mijn hardlopen op dagen waarop ik niet op mijn snelst kan lopen?
Sri Chinmoy: Je hardloopcapaciteit verandert elke dag, omdat je elke dag in een ander bewustzijn bent. De ene dag voel je je licht. De andere dag voel je je zwaar. De ene dag voel je inspiratie en de andere dag voel je geen inspiratie. Maar wanneer je een tijd aan het hardlopen bent, zul je een basiscapaciteit hebben ontwikkeld, en deze capaciteit zal bepalen hoe snel je kan rennen, zelfs op je langzame dagen. Als je een mijl in zeven minuten kunt lopen, dan zul je, als je een dag niet in een dynamische bui bent, een tempo van negen of tien minuten hebben. Zelfs op je slechte dag, zal je niet langzamer rennen dan een tempot van negen of tien minuten.
Als je op een langzame dag dezelfde vreugde wilt behouden die je hebt als je goed hardloopt, kun je een trucje toepassen. Verbeeld je dat in plaats van dat je gedwongen bent om in een tempo van tien minuten hard te lopen, je er zelf voor gekozen hebt om in dat tempo te lopen. Als je voelt dat je gedwongen langzaam loopt, dan zul je voelen dat je vrijheid je verlaten heeft, en je wil niet iemands slaaf zijn. Maar als je voelt dat jij het zelf was die je lichaam opdroeg om in een tien minuten tempo te lopen, dan zul je je niet beroerd voelen. Als je van het begin af aan voelt dat het jouw beslissing was om in dit tempo te rennen, zul je net zo gelukkig zijn als wanneer je in een zeven minuten tempo loopt.
Vraag: Soms als ik begin hard te lopen wordt ik boos, zelfs woedend.
Sri Chinmoy: Ga na of je genoeg rust hebt gehad. Soms dwing je het lichaam om te rennen, maar werkt het lichaam niet mee omdat je niet genoeg slaap hebt gehad op die dagen. Je hebt een hele milde en zachtaardige natuur, dus ik denk dat je ’s nachts niet genoeg rust hebt gehad. De volgende ochtend bent je kwaad op jezelf en vraag je jezelf af waarom je gaat rennen. Je hebt meer rust nodig om je zenuwen te kalmeren.
Vraag: Hoe voorzichtig moet ik zijn bij het kiezen van een hardlooptrainer? Naar wat voor kwaliteiten moet ik zoeken?
Sri Chinmoy: Sommige trainers weten veel dingen die het waard zijn om te leren, maar leiden een heel ongoddelijk leven. Als een trainer naast zijn trainingscapaciteiten enige spiritualiteit bezit, neem hem dan in overweging. Als hij echter, zelfs als hij een goede trainer is, ook vol agressieve en lagere vitale eigenschappen zit, wees dan voorzichtig. Indirect of onbewust zul je deze ongoddelijke kwaliteiten in je eigen leven uitnodigen.
We proberen mensen onbewust na te bootsen. Vele, vele leerlingen verpesten hun leven terwijl ze van hun leraren leren. Een leraar kan goed zijn in zijn specifieke veld, maar wanneer leerlingen gecharmeerd raken van de capaciteiten van de leraar en de leraar niet spiritueel is in het brede begrip van het woord, dan lijden de leerlingen onbewust. Ze verliezen hun idealen. Dat is waarom ik mijn leerlingen vaak niet adviseer om speciaal onderricht te nemen.
Je moet heel voorzichtig zijn en bepalen hoeveel je kan leren van een leraar, zonder je spirituele leven nadelig te beïnvloeden. Als je heel goed bent in het spirituele leven en begint te leren van een coach die niet heel spiritueel is, kan je leven nadelig worden beïnvloed, hoewel je begint uit te blinken in het uiterlijke hardlopen. Dat zou een nare vergissing zijn. Maar je zou het geluk kunnen hebben een goede coach te treffen. Hij hoeft geen leerling te zijn van een spiritueel Meester – helemaal niet. Hij kan een spiritueel persoon zijn en zich niet eens bewust zijn van zijn spiritualiteit. Er zijn veel mensen die zo zijn. Als hij goed en aardig is en een heldere geest en een sympathiserend hart heeft, dan is hij meer dan spiritueel.
Een hardloper kan een hele sterke innerlijke band met zijn coach ontwikkelen. Wat gebeurt er dan? Aan het begin van een wedstrijd of zelfs tijdens de wedstrijd, als de hardloper de aanwezigheid van zijn coach oproept – zijn stijl, zijn aanmoediging, zijn inspiratie en dynamische zetje – kan de hardloper op dat moment extra energie en extra kracht uit zijn coach putten. Maar stel dat er een geweldige hardloper is waar je tegen op kijkt en die je idoliseert. Zelfs als hij niet je coach is, als je bewust zijn geest oproept tijdens de wedstrijd, kun je extra kracht en inspiratie van hem ontvangen.
Vraag: Hoe kan onze uiterlijke glimlach ons hardlopen helpen?
Sri Chinmoy: Je uiterlijke glimlach kan je aanzienlijk helpen. Als je glimlacht, ontwapen je je tegenstander. Neem hardlopen even als je tegenstander. Terwijl je aan het vechten of aan het worstelen bent met je tegenstander, het hardlopen, als je een glimlacht geeft, dan verliest je tegenstander uiteraard wat van zijn kracht. Gebruik dus een truc bij je tegenstander door te glimlachen. Dit mag absurd klinken, maar ik verzeker je dat het waar is. Denk gewoon aan de wereld van het hardlopen als je tegenstander en verzwak de kracht van deze vijand door een glimlach te geven.
Vraag: Waarom is een korte loop soms minder comfortabel dan een lange loop?
Sri Chinmoy: Als je een lange afstand rent, kun je langzaam en geleidelijk aan gaan zoals een Indische ossenwagen. Maar als je een korte afstand rent, is het binnen tien seconden over, dus voel je je natuurlijk oncomfortabel. Bij een korte afstand moet je, zodra het startschot is afgevuurd, het doel bereiken. Het beginpunt en het doel zijn praktisch op dezelfde plek. Maar bij een lange afstandloop blijft het doel een tijd lang ver weg. In de tijd dat het kost om het doel te bereiken, kun je je eigen manier ontdekken om fysiek meer comfortabel te zijn tijdens de race. Je kunt je afstand mentaal berekenen en je capaciteiten op je eigen manier berekenen. Je hebt de tijd. Maar bij een korte afstand moet je het doel in een paar kortstondige secondes bereiken. Je moetje lichaam, vitale, geest, hart en ziel uiterst krachtig, zoniet gewillig, aan het doel geven. Daarom wordt het meestal oncomfortabel.
Twee van Sri Chinmoy's aforismen over sport en competitie:
"Er zijn maar drie winnaars: degene die met zichzelf strijd, degene die als eerste over de finish gaat, en degene die de race beeïndigt."
"Competitie is goed, vooropgesteld dat het de competitie van zelf-overstijging is en niet de competitie van ego-demonstratie. De goddelijke betekenis van competitie is de manifestatie van zielvolheid. De hoogste betekenis van competitie is de perfectie van eenheid in het innerlijke leven."